waarvoor hebben we dan kunstenaars nodig?
Om ons eraan te herinneren? Of, toch, simpelweg mooie dingen te tonen? Of om ons andere werkelijkheden te tonen?
Waarom wil ík kunstenaar zijn?
Overwegingen bij het zien van de tentoonstelling The Tropical Years van Frank Koolen in W139. W139 directeur en schilder Gijs Frieling schrijft in de begeleidende tekst: “Kunst is vormgegeven materiaal”.
Kunst wordt vaak vergeleken met religie en met wetenschap. Ik heb dat altijd vreemd gevonden. Gelovigen en wetenschappers hebben problemen met onverklaarbare zaken. Die gaan ze dan toch verklaren. Religieuzen op een tamelijk simplistische wijze, wetenschappers op een meer gecompliceerde wijze. Kunstenaars kunnen heel goed leven met het onverklaarbare, het is prachtig materiaal er rest immers meer ruimte voor fantasie.
Frank Koolen laat alles zien als kunst. De tentoonstelling herinnerde me aan een installatie die ik ooit voor De Melkfabriek in Sittard maakte. Mede exposant was trouwens Gijs Frieling, I love toeval :). Ik liet toen zien van waaruit mijn werk voortkwam, een blik in het atelier, in de belevingswereld van een kunstenaar.
Gijs Frieling schrijft over Frank Koolen: “Kunst is vormgegeven materiaal” is waarschijnlijk het meest elementaire dat we erover kunnen zeggen. Ideeën, inhoud en betekenis zijn alleen belangrijk in het werk van Frank Koolen in de mate waarin hij ze tot materiaal heeft weten te maken. Vervolgens lijkt het zijn doel om het materiaal leeg en open te houden, iets wat veel moeilijker is dan er nieuwe betekenis aan te geven” zoals zovele kunstenaars naar eigen zeggen proberen.
Dat klinkt fijn en aanmoedigend. Maar ik weet niet of ‘het werkt’. Ik hield zelf een leeg gevoel over aan de grote expostie. Er viel heel veel te zien en dat was het. Frieling schrijft ook dat Koolens werk het best tot zijn recht komt in zo’n grote overzichtsexpositie, dat betwijfel ik. Juist dat vele versterkte bij mij het lege gevoel.