figuratie vs abstractie is nooit een tegenstelling geweest in de kunst. Het gaat om beeld creëren. Dat beeld is gebaseerd op waarneming. Kunst wordt pas boeiend als er nieuw beeld gemaakt wordt. Dat kan op iets herkenbaars gebaseerd zijn of op een idee.
Een kunstwerk is geen product, het werkt.
Ik lees weer in Deleuze, de filosoof die meer dan wie dan ook Spinoza in de twintigste eeuw bracht. En ik besef me dat Deleuze een ingang biedt om kunst vanuit Spinoza’s denken te beschouwen.
Ik las de laatste tijd ook teksten van Mondriaan, wiens teksten niet in een Nederlandse editie te koop zijn. Mondriaan is zelfs voor de Groene ‘te moeilijk’, maar ik denk dat hij een betrekkelijk heldere en vooral ook moderne kijk op beeldende kunst had.
Bij Robert Irwin gaat het bovenal om waarnemen.
Ik maak zelf niet-referentiële beelden in de vorm van inkjetprints. Ik vind het moeilijk hierover te schrijven, juist omdat het nergens naar verwijst. Mondriaan schreef over zijn visie op het maken van kunstwerken. Robert Irwin vertelde in gesprekken met Lawrence Weschler over hoe hij tot beelden komt. Waar het in kunst volgens hem om gaat. Ik moet een vorm vinden om over mijn eigen beelden te schrijven.
wordt vervolg