De boekenkast als gereedschapskist
Gilles Deleuze was echt een harde denker.
De man was een harde denkwerker, dat besef ik voortdurend bij het lezen van zijn boek Bergsonism (oorspronkelijk in 1966 gepubliceerd als Le Bergsonisme).
Hij denkt hard om leven te begrijpen, verkennen, verklaren en in concepten met lezers te delen. In Bergsonism onderkent hij het belang van concepten van andere denkers.
Die grote denkers zijn veelal ook grote stilisten. En zelden romantici, misschien met uitzondering van Nietzsche.
De boeken van Bergson zijn voor Deleuze gereedschap. Hij heeft uitgebreid en vooral ook diep de concepten van voorgangers bestudeerd alvorens zijn eigen concepten te ontwikkelen. En die concepten ontwikkelde hij in samenwerking met anderen, ook in zijn college’s. Studeren, doceren, verkeren, assembleren, creëren.
Deleuze leest creatief, actief, scheppend.
Deleuze toont dat in verschillende boeken Bergson zijn kernthema’s verschillend definieert. Gaandeweg ontwikkelde Bergson zijn denken waarbij hij niet refereert aan eerder inzichten, zo lijkt hij zichzelf tegen te spreken maar doet dat volgens Deleuze niet, hij benadert het anders. En voor een denker die vaak het begrip multitudes gebruikt is dat niet vreemd.
Deleuze lijkt in Bergsonism Bergson’s concepten hanteerbaar te maken om het te kunnen gebruiken in zijn eigen filosofie. Bergsonism lijkt zo als ondertitel ‘een bruikbare Bergson’ te hebben.
Dit zijn enige aantekeningen tijdens het lezen van Bergsonism. Voor mij een moeilijk boek en ik weet nog niet wat ik er zelf mee kan, daarom snel een tweede keer lezen om zo dit stuk gereedschap te kunnen hanteren.
The Spell of the Sensuous
Toen ik vorige week las dat Sonic Acts 2024 haar titel ontleent aan het boek The Spell of the Sensuous van David Abram bestelde ik dit boek uit 1996 direct.
Het opent geweldig met een beschrijving van zijn bezoek aan Bali en Nepal waar hij te gast was bij magicians aan wie hij zich presenteerde als goochelaar.
Zijn historische beschrijving van de invloed van het alfabet op onze vervreemding van natuur, van onze leefomgeving is boeiend en leerzaam.
Maar zijn filosofische achtergrond is wonderbaarlijk beperkt. Hij heeft filosofie gestudeerd, presenteert The Spell of the Sensuous als filosofieboek maar hij weet er opvallend weinig van. Zo weet hij niet dat Descartes bekendste ideeën kort na diens leven weerlegt zijn door Spinoza. In een hoofdstuk over tijd komt Bergson, de belangrijkste denker over tijd, niet voor. Deleuze? Nul keer genoemd. Felix Guattari idem.
Als pleidooi voor een noodzakelijke verhouding tot het niet menselijke leven en een oproep tot herstel hiervan is het zeer geslaagd. Als filosofieboek een mislukking. Abram is meer cultureel antropoloog dan filosoof.
Ambi P(u)ur in Vrij Paleis
Een expositie over het kunstmatige en het organische.
Vijf kunstenaars exposeren nieuw werk, waarin wonderlijke nieuwe werelden worden geschapen met zowel digitale als analoge middelen. Tom van Teijlingen, Marcella Kuiper, Nils Mühlenbruch, Marcel Wesdorp en Annekatrien de Maar tonen geleide groeisels, irrationele structuren en digitale ‘glitches’.
Van 16 t/m 19 November in het Vrij Paleis, Amsterdam
Opening Donderdag 16 November 17.00
Paleistraat 107-1012 ZL Amsterdam
xpo
het grootste voordeel van exposeren is dat het helpt afstand te nemen van het eigen werk. het biedt kans op een frissere blik, een doorstart.
CAUTE
Betekent Spinoza’s caute hetzelfde als woke? Het Latijnse caute waarmee Spinoza zijn brieven ondertekende betekent ‘wees voorzichtig’ het Amerikaanse woke betekent ‘pas op, wees alert, wees voorzichtig’.
Waar Spinoza waarschuwde voor censuur en onverdraagzaamheid was woke een waarschuwing tegen racisme en onverdraagzaamheid. Ik denk dus dat Caute inderdaad gelijk is aan Woke.
open studio’s
Last Sunday the studio was open for visitors. There was great interest and I showed work by myself and other artists.
the power to be affected
“..Within my mental dynamics, affects play the role of an interface between what impinges me from the outside and the action I perform in response.
This function of interface, thwarting any simplistic opposition between passivity and activity, leads Spinza to value a seemingly paradoxical faculty: the power to be affected. While we tend to think of power as an ability to affect (actively) the rest of the world, Spinoza suggests that the more we can be affected, the better we can affect in return. This apparent paradox is the paradox of sensitivity: inasmuch as a human being is more sensitive than a pebble, her or she is exposed to a whole series of pains from which the mineral is immune (it is neither jealous nor sad nor surprised nor disgusted). At the same time, because they are sensitive to a tremendous number of factors in their environments, humans have developed amazing powers to act on a wide range of these factors. Sensitivity (exposure to being affected) is therefore constitutive to our power as human agents.
If the media , in the founding definition given by Marshall McLuhan, are extensions that extend our sensitivities, then they also constitute a essential part of our power – at the same time and by the very fact that they expose us to being affected by ever more phenomena which are ever more distant (in time as in space). To describe what circulates in these affects with greater tension, we can resort to a term that is found in Spinoza’s Ethics but very rarely used there: the term ‘affection’ (affectio) which coexists wit that of ‘affect’ (affectus).
Affection, shall we say, represents the sensible reality which, through the mediation of the media, affects our mental state. Affection is the moment of objectivity (the physical sensation) of a relationship to the world of which affect comprises the subjective moment (the felt emption).
Our mediarchies, then, need to be understood as regimes of power within which the media are vectors of affections operating as catalysts of affects.”
Yves Citton, Mediarchy, p. 68
glorious past
Ik was in De Appel waar weer een archief expositie is. De Appel is trots op haar indrukwekkende verleden, vooral de beginjaren waarin zijn voorop liepen in het presenteren van de nieuwste kunst.
Op de fiets terug dacht ik dat het begrijpelijk is dat terugblikken op een roemrucht verleden en op welke toekomst zou je nog kunnen en willen vooroplopen nu we keihard naar de ondergang hollen?
De projecten in de jaren 1970 en – 80 waren onderzoekend, speels, enthousiast en hoopvol. Kunnen de archief exposities nog energie bieden aan de strijd voor een leefbare toekomst? Ik vrees van niet als ik één van de twee bezoekers ben in de vervallen aula waar De Appel nu gevestigd is, midden tussen de bouwplaatsen voor dure appartementen. De volgende locatie van De Appel is bekend, een voormalige theosofische tempel in de Pijp.
science fiction
AI is een suf woord. Ze bedoelen er machine learning mee, met intelligentie heeft het niets te maken. Maar ach wat wil je in een tijd dat een zakrekenmachine smartphone genoemd wordt.
assemblage van mythen
Bij McKenzie Wark kwam ik Yves Citton tegen. Bij Citton Eric Kluitenberg die weer meewerkte aan tijdschrift open waarvan ik een aantal nummers heb. Vervolgens bestelde ik het nummer Hybrid Space waar Citton en Kluitenberg aan meewerkten.
open was/is een uitgave van SKOR, Stichting Kunst in de Openbare Ruimte. De openbare ruimte is dan ook het hoofdthema van het tijdschrift, waarbij telkens weer moet worden gedefinieerd wat openbare ruimte is, hoe dat ervaren kan worden. En ook hoe dat teruggewonnen kan worden want in het neo-liberale tijdperk is de openbare ruimte commerciële ruimte geworden, exploitatieruimte voor Big Money en Big Tech.
Het mooie van Citton is dat hij voortdenkt op Spinoza en Deleuze/Guattari. Met name Spinoza’s affectenleer. Zo schrijft hij o.a. dat we rechtse mythes (aka fake news) niet kunnen bestrijden met feiten maar wel met sociale mythen. En hier is natuurlijk een rol voor de kunsten, het vertellen van mooie onware verhalen aldus Oscar Wilde.