let there be light


De omslag maakte me al verlekkerd. En binnenin was het ook een feest. Vooral afbeeldingen van Latijns Amerikaanse fotoboeken. Het is evenzeer een boek over boekvormgeving als fotografie.
Omdat ik zelf graag foto’s van foto’s maak spreekt het concept me extra aan.

Deze titel behoeft enige uitleg. In The Decay of Lying legde Oscar Wilde uit dat de werkelijkheid de kunst volgt en niet andersom. En zo zag in in het Muziektheater een mooie Twin Peaks set.

Gisterenavond was ik bij een concert van de Dramm LaBerge family. David (gitaar), Anne (fluit en computer) en Diamanda (viool) speelden muziek die varieerde van Western Swing, een vroege country variant, tot computergestuurde hedendaags composities. Er zat ook een stuk voor viool en twee basdrums bij, Diamanda bespeelde twee basdrumpedalen én viool tegelijk.
Het was ondanks de grote variëteit een coherent concert. Genres zijn zo saai, waarom muziek in hokjes stoppen? Ik hou van muziek. Goede muzikanten die met plezier mooie stukken spelen is een feest.

Grootse verhalen had ik gehoord en gelezen over het Uffizi museum. Dagen zou je er voor nodig hebben. In werkelijkheid is het slechts een fractie van bijvoorbeeld het Prado. De collectie is zeer eenzijdig, de presentatie stoffig.
Madonna met kind, Pieta (de dode Jezus op schoot bij mamma) en Aankondiging (Maria die te horen krijgt dat ze zwanger is van God) en dat in vele variaties, maar wel ongeveer allemaal in dezelfde stijl. En dat zaal na zaal.

Naast de deur in de hal zagen we de eerste, in de lift van gebouw Astoria zelf hing er ook een: een asbak. Ooit was het niet normaal je peuk op de grond te gooien.

Tussen vaas en afvalemmer verfraaiden deze tulpen nog een etmaal mijn keuken.

In de stad verraden buitenaardsen zich niet door cirkels in het graan, maar door het achterlaten van piepschuim restmateriaal.


Tot 10 april in het Stedelijk Schiedam een expositie van Marcel Wesdorp. Film en foto’s van een door de kunstenaar gecreëerd landschap.

Tot 10 april in het Stedelijk Museum Schiedam een tentoonstelling samengesteld door Gerco de Ruiter. Hij toont eigen werk te midden van dor hem zelf gekozen werk uit de collectie van het museum.

De schilderijen zijn niet afgeschermd tegen bouwstof of opdringerige bezoekers, maar tegen de kou in de hal waarin ze hangen.


Vanaf de toren van de Zuiderkerk was ik afgelopen jaarwisseling getuige van een (voor mij) nieuwe rage: het oplaten van Thaise luchtballonnen. Papieren lampions waarvan de lucht opgewarmd wordt door een dikke kaars waardoor hij omhoog vliegt en met de wind meedrijft. Ik maakte me enigszins zorgen want zag al gebouwen in vlammen opgaan. Een week later kwam ik in een bos bij ‘s Graveland deze resten tegen.